dinsdag 18 september 2007

True en Open-type, het verschil

OpenType
Deze technologie is ontwikkeld door Adobe en Microsoft samen en maakt gebruik van de beste mogelijkheden van zowel Type 1 als TrueType. Ondersteuning voor TrueType-fonts zit standaard ingebouwd in Windows en Mac OS. OpenType gebruikt net als TrueType slechts één lettertypebe- stand en is daardoor gemakkelijk te installeren. Daarnaast kan OpenType goed overweg met speciale tekens en niet-Latijnse tekensets. Wanneer u in de map Fonts kijkt herkent u OpenType-lettertypen aan de iconen met de aanduiding O.
In plaats van elkaar te beconcurreren op de sterke en zwakke punten van elkaars fontformaat, werken beide bedrijven tegenwoordig samen aan een nieuw fontformaat waarin de sterke kanten van zowel Type 1 als TrueType zijn verenigd. Dit zogenaamde OpenType-formaat is gebaseerd op ‘unicode’-codering, hetgeen wil zeggen dat in een enkel font-bestand behalve de gebruikelijke tekens, ook de speciale tekens voor Centraal-Europese talen (waaronder Pools en Turks), Cyrilisch, Japans, Chinees en Koreaans kunnen worden opgenomen. Dat een enkel fontbestand zonder conversie kan worden toegepast voor zowel Windows, Macintosh en Unix, is misschien wel het belangrijkste voordeel van OpenType.

TrueType
TrueType is een digitale font technologie die door Apple werd ontworpen, en die nu door zowel Appel als Microsoft in hun systeem wordt gebruikt. TrueType-lettertypen zijn éénmaal in mathematische formules beschreven en kunnen daarna in elke puntgrootte worden gegenereerd (schaalbaar). TrueType fonts worden nog altijd gebruikt en u herkent deze lettertypen aan de bestandsnaamextensie .TTF en aan de icoon met de aanduiding TT.

Geen opmerkingen: